Hoofdstuk 10: Ontluchting
Ik was bevallen van Felix Moonlight. Ik was net op tijd in het ziekenhuis.
Ik was erg blij om Matthew met de baby te zien. Ik was erg bang dat hij dit kind zou haten, vanwege onze ruzie. Alleen hij behandelde dit kind hetzelfde als Fabian en Faja. Ik werd er stiekem erg emotioneel van.
Het zonnige weer is nergens te bekennen in Bridgeport. Fabian en Faja moesten naar school. Het was erg mistig.
Ik en Matthew moeten opvallen. Zo nu en dan gingen we de stad in om onze gezichten te laten zien. Want hoe meer mensen je zien, hoe beroemder je vanzelf wordt.
Matthew en ik leken een droomkoppel. Volgens alle media was dit ook zo. We dansten vrolijk naast elkaar. Maar het voelde niet goed. Matthew voelde precies hetzelfde. 'We moesten even gaan praten', zei ik tegen Matthew. We liepen richting de rand van het gebouw.
Ik en Matthew begonnen uitbundig te praten. We gaven allebei toe dat de echte liefde er nooit was geweest. We hadden wel gevoelens voor elkaar. We moesten gewoon verder werken aan onze relatie. 'Wat is het hier mooi', zei ik. 'Het uitzicht is inderdaad prachtig', zei Matthew.